het apparaat zelfst.naamw. Uitspraak: [ ɑpaˈrat ] Afbreekpatroon: ap·pa·raat Verbuigingen: apparaten (meerv.) 1) kleine machine die iets nuttigs kan doen Voorbeelden: 'elektrische apparaten' , 'koffiezetapparaat' , 'kopieerapparaat' , 'gehoorapparaat' 2) groep mensen die iets besturen of regelen het regeringsappa... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/apparaat