
de aanbouw zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈambɑu ] Afbreekpatroon: aan·bouw Verbuigingen: aanbouwen (meerv.)
1) het bouwen van iets nieuws Voorbeeld: 'een school in aanbouw'
2) nieuw gedeelte aan een bestaand gebouw Voorbeeld: 'Dat huis heeft een lelijke aanbouw.' Synoniemen: uitbouw
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/aanbouw

1) Nieuw deel aan een huis 2) Nieuw gedeelte 3) Constructie 4) Het bebouwen 5) Aangebouwde 6) Het aanbouwen 7) Uitbreiding van een gebouw 8) Uitbouw 9) Ondergeschikt deel van een pand 10) Nieuw gedeelte aan een huis 11) Bijgebouw
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aanbouw/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.