
aanstoten werkw. Uitspraak: [ 'anstotə(n) ] Afbreekpatroon: aan·sto·ten Vervoegingen: stiet, stootte aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft aangestoten (volt.deelw.)
zachtjes een stootje geven om aandacht te vragen Voorbeeld: 'je buurman aanstoten dat hij wat zachter moet praten' Synoniemen: aanduwen botsen porren proosten
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/aanstoten

1) Duwen 2) Aanporren 3) Aanschudden 4) Aantikken 5) Tegen iets stoten 6) Tegen iemand stoten door te bewegen 7) Porren 8) Botsen 9) Porren om aandacht te trekken 10) Aanduwen 11) Tikken
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aanstoten/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.