de adolescent zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ adolɛ'sɛnt ] Afbreekpatroon: ado·les·cent Verbuigingen: adolescenten (meerv.) de adolescente zelfst.naamw. Uitspraak: [ adolɛ'sɛnt - ə ] Afbreekpatroon: ado·les·cent Verbuigingen: adolescentes (meerv.) iemand die biologisch maar nog niet emotioneel volwassen is Voorbeeld: 'In onze cultu...
1) Aankomende jongeling 2) Halfwas 3) Iemand die bijna volwassen is 4) Iemand tussen de 15 en 20 jaar 5) Jeugdig persoon 6) Jeugdig persoon tussen puberteit en volwassenheid 7) Jongeling 8) Jongeman 9) Jongen 10) Jongere 11) Jongere tussen 15 en 20 jaar 12) Jongere van ca. 15 tot 20 jaar 13) Jongere van ca.15 tot 20 jaar 1) Jongeling 2) Jongeman 3) Jongen 4) Jongere 5) Jongmens 6) Puber 
jong iemand rond de volwassenheid
postpuberale jongere (toon de herkomst via de etymologiebank)
jongeling, jongeman.
jongere van 15 tot ongeveer 20 jaar vb: adolescenten zijn erg bezig met hun eigen ik
jongeling
• [medisch] jeugdig persoon, puber.
jongeling
[psychologie en sociologie] (Latijn: adolescens) Oorspronkelijk een jonge Romeinse man die ouder dan zeventien (puer) en jonger dan dertig (iuvenis) was. Onder invloed van het Engels heeft het 'puber' verdrongen als aanduiding van de levensfase tussen kindertijd en volwassenheid.
jongeling
Jeugdig.
Fase tussen pubertijd en volwassenheid, lichamelijk al volwassen, maar geestelijk nog in een overgansfase.
Engels:Adolescent jeugdig persoon, puber
jeugdig 
jongvolwassene van 18 tot 21 jaar