afstammen werkw. Afbreekpatroon: af·stam·men Verbuigingen: stamde af Vervoegingen: afgestamd (volt.deelw.) 1) ''afstammen van'': een nakomeling zijn van Voorbeeld: 'Koningin Beatrix stamt af van Johan Willem Friso.' 2) in directe lijn teruggevoerd kunnen worden Voorbeeld: 'Het Nederlands stamt af van het West-Germa... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/afstammen
1) Afdalen 2) Afkomstig zijn 3) Afspruiten 4) Ontspruiten 5) Ontspruiten aan 6) Spruiten 7) Stammen 8) Voortkomen 9) Voortkomen uit 10) Weigeren 11) Zijn oorsprong ontlenen 12) Zijn oorsprong ontlenen aan Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Afstammen/1