de big zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ bɪx ] Verbuigingen: biggen (meerv.) jong varken Voorbeeld: 'zeug met biggen' Synoniemen: varken 
1) Jong varken 2) Jong zoogdier 3) Bagge 4) Keu 5) Opstopper 6) Viervoeter 7) Dier 8) Pas opgekomen soldaat 9) Zoogdier 10) Jong dier 11) Varkentje 12) Varken 13) Rekruut 14) Militair 15) Ongeoefende soldaat 16) Ongeoefend soldaat 17) Boerderijdier 18) Nieuweling 19) Scheuteling 
jong, nog onvolwassen varken; jong van een varken vlees van biggen, gebruikt als voedsel jong, nog onvolwassen wild zwijn; jong van een wild zwijn
Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Militair) scheldnaam voor een milicienkorporaal.
jong van het varken
Beroepen Individuele Gezondheidszorg
[Soldatentaal, 1914] recruut die nog niet is afgericht. [Soldatentaal, 1914] scheldnaam voor een milicien-korporaal,
Keu; jong varken of wild zwijn..
Een big is een jong varken.
jong van het varken (toon de herkomst via de etymologiebank)
jong van een varken vb: hoeveel biggen heeft het varken gekregen?
Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Afkorting in de geneeskunde)Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (1993) (NL) (Afkortingen voor wetten en regelingen)
• [veeteelt] een jong van het varken.
jong van het varken
[Afkortingen in de zorgsector] Beroepen in de Gezondheidszorg (Wet op de)
(Wet) op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg