
1.borreling, het opborrelen Voorbeeld: ‘
Alle drie plonsden mee in 't water en grabbelden er dan gauw weer uit: maar 't kalf bleef liggen spartelen. Het stak de muil omhoog uit een zware brobbeling van goor en water’ 2.brabbeling, onduidelijke brabbelpraat Voorbeeld: ‘
Verlinde deed wederom geweld om iets te zeggen, maar al wat er ui...Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0005.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.