
de bromfietser zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ 'brɔmfitsər ] Afbreekpatroon: brom·fiet·ser Verbuigingen: bromfietsers (meerv.) de bromfiets - ster zelfst.naamw. Uitspraak: [ 'brɔmfit - stər ] Afbreekpatroon: brom·fiet·ser Verbuigingen: bromfietssters (meerv.)
iemand die op een bromfiets rijdt Voorbeeld: 'De maximumsnelheid voor bro...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/bromfietser

1) Weggebruiker 2) Verkeersdeelnemer
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Bromfietser/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.