I caoutchouc bijv.naamw. rubberen II caoutchouc zelfst.naamw. rubber 
1) Crèpe 2) Hard gevulkaniseerd rubber 3) Eboniet 4) Gomelastiek 5) Gummi 6) Rubber 7) Bosproduct 
rubber; product en elastisch materiaal dat verkregen en bereid wordt uit de gedroogde melksap van verschillende tropische boomsoorten stuk rubber; voorwerp van rubber kauwgom van caoutchouc; van rubber gemaakt; rubberen
rubber
rubber (toon de herkomst via de etymologiebank)
rubber
sap van de rubberboom (Ficus elastica of Siphonia elastica) mogelijk gebruikt bij de vervaardiging van taan. Ook geschreven als kaoetsjoek . Mogelijk verwarren diverse bronnen het met cachou (ingedikte houtsappen), dat in ieder geval wel voor de bereiding van taan gebruikt wordt. In gevulkaniseerde toestand beter bekend als rubber. In ruwe vorm ......
Chemisch zuiver, melkachtig, kleverig sap van diverse tropische bomen en andere planten, voornamelijk van cachuchu, als volledig ruw materiaal of gedroogd boven vuur. Wordt gebruikt voor de productie van 'rubber'