I datief bijv.naamw. Afbreekpatroon: da·tief door de rechter benoemd, ingesteld of opgedragen II datief zelfst.naamw. Afbreekpatroon: da·tief Verbuigingen: datieven (meerv.) de derde van de acht naamvallen van de Indo-Europese talen, voor een meewerkend voorwerp. Voorbeeld: De datief van ''ik'' is ''mij'' of ''me'': ''Je geeft mij/me ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/datief
(Datief, Dativus) De derde naamval Afgeleid van het Griekse dôtike (geneigd tot geven). Bijvoorbeeld: `Met voorbedachten rade.` Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10168