demagnetiseren werkw. Afbreekpatroon: de·mag·ne·ti·se·ren Verbuigingen: demagnetiseerde Vervoegingen: gedemagnetiseerd (volt.deelw.) het magnetisme opheffen van . 4 definities
1) Degaussen 
Bij bandrecorders en casettespelers is het denkbaar dat de weergeefkop gemagnetiseerd raakt. Dat leidt tot een verhoogd ruisnivo bij het afspelen.
(Let op: oude spelling) een teveel aan magnetisch fluide wegnemen; Ook een medium na de trance weer geheel vrijmaken.
(Het beinvloeden van elektronische apparatuur waardoor het in de apparatuur opgeslagen magnetisme wordt gereduceerd.)