domesticeren werkw. Uitspraak: [ domɛsti'serə(n) ] Afbreekpatroon: do·mes·ti·ce·ren Vervoegingen: domesticeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gedomesticeerd (volt.deelw.) 1) (wild dier) veranderen in een huisdier Voorbeeld: 'Het eerste gedomesticeerde dier was de hond, daarna volgden de geit, het schaap, het varken e... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/domesticeren
Komt van het Latijnse woord domus: huis. Een plant of een dier is gedomesticeerd als het is aangepast aan de mens. De meeste gedomesticeerde planten en dieren zijn door het proces van selectie door de mens wezenlijk anders geworden dan de planten of dieren waaruit ze ooit zijn ontstaan. Een plant of een dier kun je pas gedomesticeerd noemen als het... Gevonden op https://www.biomaatschappij.nl/wp-content/uploads/2020/11/Variatie-in-vee.p