Zie ook:
domineer

domineren werkw. Uitspraak: [ domiˈnerə(n) ] Afbreekpatroon: do·mi·ne·ren Vervoegingen: domineerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gedomineerd (volt.deelw.)
meer invloed of macht hebben dan de rest Voorbeelden: 'Ouderen domineren de automarkt.' , 'Die buitenlandse club domineert de wedstrijd.' Synoniem: overheersen Synoniemen:...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/domineren

1) Beheersen 2) Bestrijken 3) Meest op de voorgrond treden 4) Heersen 5) Overzien 6) Boventoon voeren 7) Overvleugelen 8) Overheersen 9) De baas spelen 10) De boventoon voeren 11) Kaartspel 12) Opvallen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Domineren/1

[
Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Domineren``] Zie
BeheerschenGevonden op
https://dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0005.php

overheersen
Jaar van herkomst: 1467-1490 (HWS )
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/sijs002chro01_01/colofon.php
Let op: Spelling van 1858 heerschen, den baas spelen, vooruitkomen, overtreffen. Dominica, (te weten diës), de dag des Heeren, Zondag; dominica in albis, de eerste Zondag, die op Paschen volgt. Domino, maskeradekleeding, of mantel
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/

overheersen (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://etymologiebank.nl/trefwoord/domineren
de meeste macht of invloed hebben vb: de smaak van gember domineert in dit gerecht
Synoniem: overheersen
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

• [ov] het meest nadrukkelijk op de voorgrond treden.
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/domineren

overheersen
Gevonden op
https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca
Geen exacte overeenkomst gevonden.