Zie ook:
duim

duimen werkw. Uitspraak: [ ˈdœymə(n) ] Afbreekpatroon: dui·men Vervoegingen: duimde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geduimd (volt.deelw.)
1) op je duim zuigen Voorbeeld: 'Kinderen duimen.' Synoniem: duimzuigen
2) met je duimen en wijsvingers een speciale beweging maken om iemand succes te wensen Voorbeel...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/duimen

1) Valsspelen 2) Kinderlijke gewoonte 3) Telvingers 4) Hopen 5) Folklore 6) Gelukwensen 7) Zuigen 8) Gebaar om iemand geluk te wensen 9) Sabbelen 10) Wensen 11) Oude lengtematen 12) Wenshandeling 13) Duimzuigen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Duimen/1
Uit `De lagere vaktalen: De spinners-en weverstaal` 1914 de uiteinden der rolle, waar deze op draait.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10742
[Bargoens, boeventaal] (duimsen). Valsch spelen. Wat, duim ik ze? Zeg dat nog eens, dan zal ik je een smeer in je tronie geven.
Gevonden op
https://gutenberg.org/cache/epub/28715/pg28715-images.phpl
op je duim zuigen vb: de baby lag in zijn wieg te duimen
je duimen om elkaar heen draaien omdat je denkt dat dat geluk brengt vb: zul je voor me duimen als ik examen moet doen?
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

zie vingerlingen.
Gevonden op
https://resources.huygens.knaw.nl/vocglossarium/
Geen exacte overeenkomst gevonden.