erop bijwoord Uitspraak: [ ɛr'ɔp ] Afbreekpatroon: er·op 1) op (het eerder of later genoemde) Voorbeelden: 'een pan met een deksel erop' , 'je erop verheugen dat je morgen vrij bent' Het is erop of eronder. (het is de laatste gelegenheid om een goed resultaat te bereiken) 'In de laatste minuut moeten we scoren. Het is erop of ero... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/erop
op wat je noemt of bedoelt vb: het ijs is sterk; je kunt erop lopen met alles erop en eraan [met alles wat erbij hoort] erop komen [het zich herinneren] erop stáán [het eisen] het zit erop [het is klaar] het is erop of eronder [vanaf dit punt kun je alleen winnen of verliezen] Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=erop