
het familielid zelfst.naamw. Uitspraak: [ faˈmililɪt ] Afbreekpatroon: fa·mi·lie·lid Verbuigingen: familieleden (meerv.)
lid van de familie Synoniemen: : bloedverwant, verwant Synoniemen: bloedverwant gezinslid
Gevonden op
https://woorden.org/woord/familielid

1) Naastbestaande 2) Zus 3) Ouder of kind 4) Verwant 5) Verwant binnen de familie 6) Verwant in de stamboom 7) Verwante 8) Grootouder of kleinkind 9) Grootmama 10) Neef of nicht 11) Maag 12) Broer of zus 13) Broer 14) Aanverwant 15) Stiefbroer 16) Schoonzus 17) Gezinslid 18) Bloedverwant 19) Iemand die ons na staat
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Familielid/1

persoon die deel uitmaakt van de familie van iemand Soms gebruikt voor verwanten in om het even welke graad van verwantschap, soms voor verwanten naast het onmiddellijke gezin van de betrokkene. dier met dezelfde afstamming als een ander genoemd dier soort, hetzij een natuurlijke soort, hetzij een soort van gebruiksvoorwerpen, die een deels gemeens...
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/familielid

Een familielid is een lid van de familie.
[basiswoordenlijst groep 3]Gevonden op
https://wikikids.nl/Familielid
Geen exacte overeenkomst gevonden.