floppen werkw. Uitspraak: [ ˈflɔpə(n) ] Afbreekpatroon: flop·pen Vervoegingen: flopte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is geflopt (volt.deelw.) mislukken Voorbeeld: 'Zijn debuut was een groot succes, maar zijn tweede roman flopte.' Synoniemen: afgaan falen misgaan mislopen mislukken stranden verkeerd lopen 2 definities...
1) Afgaan 2) Falen 3) Geen succes worden 4) Misgaan 5) Mislopen 6) Mislukken 7) Stranden 1) Afgaan 2) Falen 3) Misgaan 4) Mislopen 5) Mislukken 6) Stranden 
niet het verwachte resultaat opleveren vb: onze poging om veel geld te verdienen, is geflopt Synoniemen: falen mislukken Tegenstellingen: lukken slagen