glazen bijv.naamw. Uitspraak: [ ˈxlazə(n) ] Afbreekpatroon: gla·zen van glas gemaakt Voorbeeld: 'een glazen deur' in een glazen huis wonen (in een positie zijn dat iedereen kan zien wat je doet, waardoor je kwetsbaar bent) het glazen plafond (hindernis voor vrouwen om boven een bepaald niveau in de organisatie te komen) Spreekwoorden en ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/glazen
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Glazen``] Halve uren. Aan boord der schepen is het etmaal verdeeld in 6 wachten (zie Wachten) elk in 8 glazen of halve uren verdeeld. Glazen slaan. Het uur op de scheepsklok aangeven. Men slaat bijv. om 5, 9 en 1 uur 2 glazen, om 6, 10 en 2 uur 4 glazen, om 7, 11 en 3 uur 6 glazen, enz Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/land016mili01_01/land016mili01_01_0008.htm