de grasboter zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'xrɑzbotər ] roomboter van koeien die in de wei lopen Voorbeelden: 'In het voorjaar is er grasboter, in de winter niet.' , 'een pakje grasboter van 250 gram' 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/grasboter