(Tetramorium caespitum) grasmier Lengte 2,5-8 mm, januari-december. -Kenmerken- Tamelijk kleine, donkerbruine knoopmier. Achterhoeken van het borststuk (mesosoma) met 2 korte, tandvormige doorns. -Voorkomen- Meestal op zonnige, droge plekken, soms in vochtige graslanden met pijpenstrootje. -Levenswijze- De grasmier is een zaadverzamelaar die onder ... Gevonden op http://www.soortenbank.nl/soorten.php?soortengroep=insecten&id=792&menuentr