grauw bijv.naamw. Uitspraak: [ xrɑu ] grijs en vaal Voorbeelden: 'grauw weer' , 'grauw zien van ellende' Synoniemen: gepeupel grijs groezelig grom mistroostig plebs rapaille snauw somber triest troosteloos vaal vreugdeloos Spreekwoorden en zegswijzen • bij nacht zijn alle katjes grauw en alle mondjes even nauw... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/grauw