grif bijv.naamw. Uitspraak: [ xrɪf ] snel en gretig Voorbeeld: 'Er zijn mensen die grif geloven wat ze willen geloven.' grif van de hand gaan ((van producten) snel verkocht worden) Synoniemen: gretig grifweg vlot Intensiveringen Hoe kun je met grif een ander begrip versterken? grif toegeven ; grif betalen ; 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/grif