grootbrengen werkw. Uitspraak: [ 'xrotbrɛŋə(n) ] Afbreekpatroon: groot·bren·gen Vervoegingen: bracht groot (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft grootgebracht (volt.deelw.) (kinderen) voeden, verzorgen en normen bijbrengen Voorbeeld: 'Als wees ben ik door mijn opa en oma grootgebracht.' Synoniem: opvoeden Synoniemen: dresseren kweken... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/grootbrengen