gunstig bijv.naamw. Uitspraak: [ ˈxʏnstəx ] Afbreekpatroon: gun·stig als iets voordelig voor je is Voorbeeld: 'In het gunstigste geval rijdt er vandaag nog een bus, anders kunnen we morgen pas weg.' Antoniem: ongunstig gunstig ontvangen worden (positief beoordeeld worden) 'Het verzoek is gunstig ontvangen.' Synoniemen: bevorderlijk dien...
1) Batig 2) Bevorderlijk 3) Dienstig 4) Favorabel 5) Gelukkig 6) Genadig 7) Genegen 8) Geschikt 9) Goed 10) Goed gezind 11) Goedgezind 12) Handzaam 13) Innemend 14) Mooi 15) Positief 16) Riant 17) Rooskleurig 18) Schoon 19) Tot nut zijn 20) Uitgezocht 21) Vernuftig 22) Vertrouwenwekkend 23) Voordelig 
gunstig gezind , voordelig (toon de herkomst via de etymologiebank)
wat iemand voordeel geeft, wat geschikt is vb: het weer is gunstig voor de boottocht
•ten voordeel strekkend.
voordelig