[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (De oude -) de klacht van een gunsteling der fortuin, die ontevreden is. De klacht, voorkomend Esther V:13: ‘dit alles baat mij niet, zoolang als ik den Jood Mordechaï zie zitten in de poort des konings’.
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0012.php
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (De oude -) de klacht van een gunsteling der fortuin, die ontevreden is. De klacht, voorkomend Esther V:13: ‘dit alles baat mij niet, zoolang als ik den Jood Mordechaï zie zitten in de poort des konings’.
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0012.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.