I hem Uitspraak: [ hɛm ] 《dit zeg je als je over een man praat of over iets dat het lidwoord 'de' heeft》 Voorbeelden: 'Mijn vriend zal zo wel komen, maar ik zie hem nog niet.' , 'Het is een mooie fiets, maar ik heb hem niet nodig.' II hem zelfst.naamw. laagliggend stukje grond, meestal gelegen bij een rivier; buitendijks land Gevonden op https://www.woorden.org/woord/hem
1) Buitendijks land 2) Kantje geplooide strook 3) Persoonlijk voornaamwoord 4) Plaats in de Benelux 5) Plaats in Nederland 6) Plaats in Noord-Holland 7) Rivier in Europa 8) Rivier in Hauts-de-France 9) Voornaamwoord 10) Wederkerend voornaamwoord Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Hem/1