ivoren bijv.naamw. Uitspraak: [ i'vorə(n) ] Afbreekpatroon: ivo·ren gemaakt van ivoor Voorbeeld: 'Afrikaanse ivoren beeldjes laten taxeren' in een ivoren toren zitten (zich boven iedereen verheven voelen en daardoor het contact met de dagelijkse werkelijkheid verliezen) 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/ivoren
1) Elpen 2) Stoffelijk bijvoeglijk naamwoord 3) Van bepaald materiaal 4) Van een bepaald materiaal 5) Van een zeker materiaal 6) Van elpenbeen 7) Van ivoor 8) Van zeker materiaal Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Ivoren/1