1.huisraad Voorbeeld: ‘De meiden schoffelden 't kateil van de tafel en stootten ze tegen de muur’ 2.boos wijf Voorbeeld: ‘Bij de pastoor moet ge uw voeten afvegen en op 't dorpeltapijtje blijven staan en uw pet af! Kletta is een vies kateil, en om ne niet zendt ze u weg zonder kopen’ 3.opstallen van een goed Voorbeeld: ‘... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0014.php