leveren werkw. Uitspraak: [ ˈlevərə(n) ] Afbreekpatroon: le·ve·ren Vervoegingen: leverde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geleverd (volt.deelw.) 1) zorgen dat (goederen) op een bepaalde plaats komen Voorbeeld: 'frisdrank leveren aan een supermarktketen' 2) zorgen dat iets ontstaat of er komt Voorbeelden: ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/leveren