maltraiteren werkw. Uitspraak: [ mɑltrɛ'terə(n) ] Afbreekpatroon: mal·trai·te·ren Vervoegingen: maltraiteerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gemaltraiteerd (volt.deelw.) slecht behandelen en pijn doen Voorbeeld: 'Het slachtoffertje was ernstig gemaltraiteerd met de dood als gevolg.' Synoniem: mishandelen Synoniemen: mishandel... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/maltraiteren