wroeten, omwoelen, overhoop halen - Voorbeeld: ‘Mussen en spreeuwen, elk aan een einde moddelden met de bek in de eerde en haalden er ieder volgens eigen gading 't zij zaad, 't zij wormpjes, kevertjes, terikken naar boven’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0016.php