nachtbraken werkw. Afbreekpatroon: nacht·bra·ken Verbuigingen: nachtbraakte Vervoegingen: genachtbraakt (volt.deelw.) het bijzonder laat maken, de nacht doorfeesten Voorbeeld: 'Je bent gewoon gezakt omdat je te vaak genachtbraakt hebt.' . Synoniemen: boemelen 2 definities...
1) Boemelen 2) Brassen 3) Krawaken 4) Laat opblijven 5) Lucubreren 6) Sjouwen 7) Slampampen 8) Uitgaan 9) Zeer laat naar bed gaan 1) Boemelen 2) Lucubratie 3) Lucubreren 4) Pierewaaien 5) Sjouwen 6) Stappen 
de nacht doorwerken, de nacht met uitgaan doorbrengen (toon de herkomst via de etymologiebank)
de nacht doorwerken, de nacht met uitgaan doorbrengen