Nederlandstalig definitie

Zoek op

Nederlandstalig

Nederlandstalig logo #1000 Nederlandstalig bijv.naamw. Uitspraak: [ nedərlɑn(t)s'taləx ] Afbreekpatroon: Ne·der·lands·ta·lig 1) (van iemand) de Nederlandse taal beheersend Voorbeeld: 'Ze is van oorsprong Nederlandstalig, maar met haar man en kinderen spreekt ze altijd Spaans.' 2) in de Nederlandse taal Voorbeeld: 'Bij de balie kunt u e...
Gevonden op https://woorden.org/woord/Nederlandstalig
Geen exacte overeenkomst gevonden.