de onafhankelijkheidsdag zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: on·af·han·ke·lijk·heids·dag de feestdag waarop men de zelfstandigwording van een lang viert Voorbeeld: '- Voor de inauguratiedag zelf is tienerster Jackie Evancho bevestigd. Op haar tiende werd Evancho, in minder dan geen tijd, een grote ster via de televisietalentenjacht Ame... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/onafhankelijkheidsdag
1) dag waarop de onafhankelijkheid van een natie gevierd wordt 2) 25 november, dag waarop jaarlijks de onafhankelijkheid van Suriname van Nederland in 1975 gevierd wordt Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/onafhankelijkheidsdag