ontdekken werkw. Uitspraak: [ ɔnˈdɛkə(n) ] Afbreekpatroon: ont·dek·ken Vervoegingen: ontdekte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ontdekt (volt.deelw.) (iets) waarnemen dat bestaat, maar nog niet bekend was Voorbeeld: 'de voordelen ontdekken van reizen met de trein' Synoniemen: bespeuren gewaarworden merken ontwaren opsporen uitma...
1) Achterhalen 2) Afruimen 3) Bemerken 4) Bespeuren 5) Decouvreren 6) Detecteren 7) Gewaarworden 8) Merken 9) Onderscheiden 10) Ontbloten 11) Onthullen 12) Ontwaren 13) Opdiepen 14) Opsporen 15) Spotten 16) Uitmaken 17) Uitvinden 18) Vaststellen 19) Vinden 20) Waarnemen 21) Zien 22) Lokaliseren 1) Achterhalen 2) Bemerken 3) Bespeuren 4) Blootleggen 5) Gewaarworden 6) Merken 7) Onthullen 8) Ontwaren 9) Opsporen 10) Spotten 11) Te weten komen 12) Uitmaken 13) Uitsnorren 14) Uitvinden 15) Vaststellen 16) Vinden 17) Vinden wat verborgen is 18) Waarnemen 19) Zien 
te weten komen hoe het is vb: de politie ontdekte wie de dader was Synoniemen: erachter komen uitvinden spotten
• [ov] ergens achter komen.
bespeuren
woord uit 1812, uitleg bij teksten van E.J. Potgieter (1808 - 1875) openbaren, mededelen.