Zie ook:
ontsteek
ontsteken werkw. Uitspraak: [ ɔnt'stekə(n) ] Afbreekpatroon: ont·ste·ken Vervoegingen: ontstak (verl.tijd enkelv.)
1) (van je lichaam) rood en warm worden, opzwellen en pijn doen, meestal als reactie op een infectie medisch Vervoegingen: is ontstoken (volt.deelw.) Voorbeeld: 'Je tandvlees kan gaan ontsteken als je nie...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/ontsteken
1) Aanblazen 2) Aanflitsen 3) Aanfloepen 4) Aanmaken 5) Aansteken 6) Boeten 7) Doen gloeien 8) Doen ontbranden 9) Helen 10) Het doen ontbranden 11) Inflammeren 12) Ontbranden 13) Ontvlammen 14) Opstoken 15) Rood opzwellen 16) Vuur aanmaken 17) Zweren
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Ontsteken/1
het laten branden vb: om elf uur werd het vuurwerk ontstoken
Synoniemen: aansteken aanmaken
Tegenstellingen: uitmaken doven
rood en dik worden door bacteriën vb: zijn vinger is lelijk ontstoken
Gevonden op
http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=ontsteken
• [ov] in vlammen doen opgaan •: "zij 'ontstaken' een vreugdevuur" • [erga] overdrachtelijk: heet worden van woede •: "dat deed hem in woede 'ontsteken'" • geinfecteerd raken •: die wond is 'ontstoken' (+audio)
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/ontsteken
Geen exacte overeenkomst gevonden.
