ontwaren werkw. Uitspraak: [ ɔntˈwarə(n) ] Afbreekpatroon: ont·wa·ren Vervoegingen: ontwaarde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ontwaard (volt.deelw.) nog niet erg goed zien Voorbeeld: 'in de verte een kerktorentje ontwaren' Synoniem: opmerken Synoniemen: aanschouwen bekijken bemerken bespeuren gewaarworden kijken merken ondersch...
1) Aanschouwen 2) Bekijken 3) Bemerken 4) Bespeuren 5) Bespieden 6) Gewaarworden 7) In de gaten krijgen 8) In het oog krijgen 9) Kijken 10) Merken 11) Onderscheiden 12) Ontdekken 13) Ophelderen 14) Opmerken 15) Opsporen 16) Staren 17) Turen 18) Vinden 19) Voelen 20) Waarnemen 21) Zien 
beginnen te zien (toon de herkomst via de etymologiebank)
•een moeilijk waarneembaar object beginnen waar te nemen. (+audio)
gewaarworden