(Uit `De sociologische structuur onzer taal - De Jodentaal.`, 1914) , (parsja) (Nhebr.): afdeeling. In het bijz. voor een gedeelte van de afdeeling uit den Pentateuch, op een bepaalden Sabbath ter Synagoge gelezen: de eerste parsje, de tweede parsje, enz. Vaak ook van de geheele afdeeling. En veelal ook wordt de een of andere bepaalde sabbat...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10740
Geen exacte overeenkomst gevonden.