de peuter zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈpøtər ] Afbreekpatroon: peu·ter Verbuigingen: peuters (meerv.) kind tussen anderhalf en vier jaar oud Synoniemen: dreumes humm klein kind kleintje onderkruipsel uk worm wurm volwassene (antoniem) 4 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/peuter