retarderen werkw. Uitspraak: [ rətɑr'derə(n), retɑr'derə(n) ] Vervoegingen: retardeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geretardeerd (volt.deelw.) ervoor zorgen dat iets vertraging heeft Voorbeeld: 'een vergadering retarderen omdat één van de leden niet aanwezig kan zijn' Synoniem: vertragen 
1) Belemmeren 2) Langzamer doen gaan 3) Vertragen 4) Ophouden 
vertragen
vertragen (toon de herkomst via de etymologiebank)
[Let op: mogelijk oud Nederlands van 1400-1800] vertoeven, ophouden, verachten