haastig, gejaagd rondlopen - Voorbeeld: ‘Broeke schoffelde gramstorig rond, kon nergens ter plaats blijven, vloekte en schold, en liep eindelijk van 't hof naar de meers, om er met zijn gedachten alleen te zijn’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0020.php