de runner-up zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ rʏnər'ʏp ] Afbreekpatroon: run·ner-up Verbuigingen: runner-ups (meerv.) iemand die op de tweede plaats eindigt in een sportwedstrijd sport Voorbeeld: 'Vorig jaar eindigde hij als runner-up maar dit jaar behaalde hij de eerste prijs.' Gevonden op https://woorden.org/woord/runner-up