schakelklok zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: scha·kel·klok Verbuigingen: schakelklokken (meerv.) Verbuigingen: schakelklokje (verkleinwoord) een schakelaar die om een bepaald tijdstip automatisch de schakeling omzet Voorbeeld: 'Toen we op vakantie waren gebruikten we een schakelklok om 's avonds te laten lijken alsof we thuis waren.' . ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/schakelklok