snoeven werkw. Uitspraak: [ 'snuvə(n) ] Afbreekpatroon: snoe·ven Vervoegingen: snoefde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gesnoefd (volt.deelw.) over iets van jezelf praten en daarbij overdrijven over wat er goed aan is Voorbeeld: 'snoeven met je nieuwe, peperdure auto' Synoniem: opscheppen (1) Synoniemen: bluffen brallen grootspreke... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/snoeven