stijf bijv.naamw. Uitspraak: [ stɛif ] 1) als iets of iemand niet soepel kan bewegen Voorbeelden: 'een stijve nek hebben' , 'stijf zijn van de kou' , 'eiwit stijf kloppen' Antoniem: soepel 2) als iemand terughoudend en vormelijk is Voorbeeld: 'een stijve trut' Antoniem: hartelijk 3) je mond stijf di... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/stijf
moeilijk te buigen, niet meegaand vb: ik heb vaak een stijve nek zo stijf als een plank [heel erg stijf] de brief staat stijf van de fouten [er staan heel veel fouten in] een stijve krijgen [een stijve penis krijgen] zijn been (poot) stijf houden [niet toegeven] iemand stijf vloeken [overdonderen... Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=stijf
erg, zeer - Voorbeeld: ‘Ze had willen in een van die rijke herbergen binnengaan (...) maar Jan hield haar tegen. - De mensen bezien ons hier te stijf, Vina’ (Langs Wegen 116) - Voorbeeld: ‘Maar zekere dag dat 't stijf schoon were was, trok iedereen zijn beste kazakke aan’ Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0021.php
1> wordt gezegd van schepen wanneer ze in ruwe zee weinig door de waterdruk gaan overhellen: overstabiel zijn. Zie verder bij wreed. 2> wordt gezegd van schepen wanneer ze in ruwe zee weinig door de waterdruk vervormd worden Zie ook bij werken. Een te grote stijfheid schijnt vooral bij houten zeilschepen ongewenst te zijn. Een beweeglijk sch... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=sti#stijf
echt Nederlandsche handelswoorden (1914):de markt is stijf; wanneer de goederen tegen den gevraagden prijs of hooger worden verkocht.
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10742