[Let op: Spelling en uitleg uit 1920] borgstelling, de belofte om op den bepaalden dag voor den praetor of den rechter te verschijnen, waarbij oorspronkelijk, ten einde preventieve hechtenis te ontgaan, het stellen van een borg werd gevorderd, die bij wegblijven voor een zekere som gelds aansprakelijk bleef. De grootte der... Gevonden op https://www.gutenberg.org/cache/epub/34955/pg34955-images.html