verdelen werkw. Uitspraak: [ vərˈdelə(n) ] Afbreekpatroon: ver·de·len Vervoegingen: verdeelde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verdeeld (volt.deelw.) 1) in stukken delen Voorbeeld: 'de taart in acht punten verdelen' 2) iedereen een deel geven Voorbeelden: 'de lasten verdelen' , 'de geldprijs verdelen over... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/verdelen
1) Aan ieder zijn deel geven 2) Distrbueren 3) Distribueren 4) Divideren 5) Doseren 6) Ieder zijn aandeel geven 7) Ieder zijn deel geven 8) Ieder zijn portie geven 9) In delen scheiden 10) In porties splitsen 11) In stukken scheiden 12) Kavelen 13) Korten 14) Omslaan 15) Opdelen 16) Oplossen 17) Panden Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Verdelen/1