
1.door slaan of kloppen dooreenmengen Voorbeeld: ‘
De regen, hij zimpert uit de wolken die, verward en verkloeried als verborstelde haartressen, in vuile drendels, rakelings over d'eerde varen’ 2.dooreenlopen, -varen, -vloeien Voorbeeld: ‘
Een vloed van 't zuiverste rood doorzwalpte ten oosten uit, nederwaarts over de vallei: een tij...Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0024.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.