vermaken werkw. Uitspraak: [ vərˈmakə(n) ] Afbreekpatroon: ver·ma·ken Vervoegingen: vermaakte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft vermaakt (volt.deelw.) 1) amuseren Voorbeelden: 'De clown vermaakt de kinderen met malle grappen.' , 'Maak je over mij maar geen zorgen, ik vermaak me wel.' Antoniem: vervelen Synoniemen: : ente... Gevonden op https://woorden.org/woord/vermaken