de verplichting zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ vərˈplɪxtɪŋ ] Afbreekpatroon: ver·plich·ting Verbuigingen: verplichtingen (meerv.) wat je moet doen Voorbeelden: 'contractuele verplichtingen' , 'je verplichtingen nakomen' , 'verplichtingen elders hebben' Synoniemen: gebondenheid last onderwerping onderworpenheid plicht schuld verbinte...
1) Affidatie 2) Drang 3) Dwang 4) Gebod 5) Gebondenheid 6) Incumbentie 7) Las 8) Last 9) Modus 10) Noblesse 11) Obligatie 12) Obligo 13) Officium 14) Onderwerping 15) Onderworpenheid 16) Opdracht 17) Plicht 18) Schuld 19) Servitude 20) Taak 21) Verbintenis 1) Dwang 2) Gebondenheid 3) Incumbentie 4) Last 5) Modus 6) Noodzaak 7) Obligatie 8) Obligo 9) Onderwerping 10) Onderworpenheid 11) Opdracht 12) Plicht 13) Schuld 14) Taak 15) Verbinding 16) Verbintenis 17) Verbondenheid 18) Zedelijke verbondenheid 
datgene waartoe je verplicht bent vb: het is geen verplichting om met Moederdag naar je moeder toe te gaan
We spreken van een verplichting jegens iemand als deze een juridisch afdwingbaar recht op ons heeft.
•iets dat moet.
iets wat iemand moet doen
Een verplichting is een juridische verbintenis die